Los van de organisatorische impact die het aanbieden van certificering zou hebben, voorzie ik ook een belangrijk technisch (en uiteindelijk praktisch) probleem.
Het Web is als geheel continu in ontwikkeling. HTML Tags had een paar elementen, HTML 2 was totaal anders, HTML 4.01 is veel gebruikt en wordt aanbevolen door verschillende richtlijnen en HTML5 breekt met veel oudere versies door te documenteren wat het Web doet, maar ook door semantische betekenissen van elementen aan passen. Hiernaast is HTML5 een snapshot van de HTML specificatie, een living standard die meerdere malen per dag wordt aangepast. CSS heeft z'n eigen interessante kenmerken: CSS1 en CSS2 definieerden bepaalde functies, CSS 2.1 deed een stap terug, en CSS 3... bestaat strict gesproken niet. Juist om flexibel te blijven heeft de CSS werkgroep destijds bepaald om modulair verder te gaan, zodat ze sneller konden bewegen op bepaalde punten. Nieuwe modules (css3-conditional, css3-exclusions) worden toegevoegd, oude modules (css3-marquee) worden verwijderd. JavaScript is in dit opzicht stabieler, maar hoeveel ontwikkelaars kennen de nieuwe mogelijkheden van ES5 en 5.1 als deze nog niet interessant zijn voor dagelijks gebruik?
Meer richting de realistische wereld kom je tools zoals SASS en LESS tegen. Misschien een alternatieve programmeertaal zoals CoffeeScript, en deze nemen hun eigen problemen mee, gezien dit doorgaans trends zijn die na enige tijd weer wegvloeien. Het debuggen en oplossen van problemen op een pagina is lastig te testen als we vijf grote browsers hebben met verschillende developer tools, die allemaal zeer stevig in ontwikkeling zijn. Best practices veranderen continu en kunnen we tegenwoordig kopiëren van websites zoals HTML5Boilerplate. Vroeger waren tabellen voor het layout prima, nu zijn er ontwikkelaars die helemaal geen tabellen meer gebruiken, zelfs als dat de juiste oplossing is. Wie zegt dat iets dergelijks niet gaat gebeuren met <header> en <footer> zoals ze nu toegevoegd zijn? De rel rondom het verwijderen van het <time> element was voor een groot deel debet aan het feit dat vrijwel niemand de juiste definitie van het element gebruikte. Accessibility heeft het probleem dat de basiskennis afwijkt van wat er in specificaties staat, en veel bronnen inconsequente berichten leveren.
Mobiele ontwikkeling heeft weer z'n eigen quirks. Heb je het enkel over mobiele telefoons, of ook tablets? Misschien in de toekomst koelkasten? Sommige ontwikkelaars gebruiken responsive layouts om dit te beantwoorden, maar is dat het juiste antwoord? Misschien is de keuze wel om een website aan te laten sluiten op het operating system. Hoe ga je om met het debuggen van fouten? Moet je kennis hebben van bandbreedte en het verschil tussen grotere bestanden die in de regel een veel kleiner probleem zijn dan meerdere verbindingen openen. Tenzij je natuurlijk Opera Mini in gedachten neemt, want dan is het tegenovergestelde weer waar omdat hier een render-proxy tussen zit.
Certificering is nuttig als het zin heeft, en in het geval van het internet is het vrijwel onmogelijk om dat op een juiste manier te bereiken. Het Web beweegt te snel, en mist de versienummers die andere certificeringen tot een succes maken. Zelfs als je een jaartal aan de certificering plakt (wat bijvoorbeeld een EHBO certificering vereist), dan nog is er een grote kans dat het achterloopt op de actualiteit.
De informatie die nuttig is om te weten voor een werkgever gaat veel verder dan kennis: het gaat om consistentie, werktempo en de mogelijkheid tot het oplossen van problemen (want in je werk heb je een computer met internet bij de hand). De kritieke intellectuele basis van een frontender ligt hem in kennis over het box model en de hiërarchische opzet van HTML, samen met minimale kennis over het groeperen van groepen elementen (basissemantiek). Vrijwel al het overige is onderdeel van specialisatie, iets wat we (in de toekomst) als verschillende disciplines terug zullen zien komen. Zelfs met modules zal er maar een zeer kleine gedeelde basis zijn.
Ik ben bang dat het ontwikkelen van een nuttig certificaat dat zich richt op het Web, een omgeving die erg sterk onderhevig is aan veranderingen, ongelooflijk moeilijk is om goed te doen. Daarnaast bestaat de potentie dat werkgevers hier teveel aandacht aan gaan besteden. Fronteers heeft waanzinnige stappen gemaakt betreft het definiëren van de frontend markt in Nederland, een bewustwording die nog steeds gaande is. Lid zijn van Fronteers is tegenwoordig synoniem aan actieve interesse hebben in het Web, en onderscheid je voor veel bedrijven al van andere kandidaten. Dit synoniem zou in gevaar komen door certificering. Andere Fronteers commissies, bijvoorbeeld de cursus- en congrescommissies, richten zich op de educatie van de frontender: ze maken mensen bewust van de technieken die eraan zitten te komen en hoe deze vandaag nog toegepast kunnen worden. In deze markt moet je blijven leren, continu, want na een maand geen artikel gelezen te hebben loop je achter. Certificering is een momentopname van de technieken en kennis die iemand beheerst c.q. bezit. Vinden wij dat een momentopname van kennis representatief genoeg is om voor te dragen aan de bedrijfswereld als bevestiging van iemand's kunde? Is bedrijven bewust maken van de redenen achter de afwezigheid van certificering niet een veel beter doel dat Fronteers kan nastreven?
Edit: Sommige zinnen iets leesbaarder gemaakt.